Skip to main content

Als klein meisje zong ik de hele dag

Het begon met “lala” en later Ciske de Rat en alle platen die mijn moeder draaide: van klassiek, pop, soul, jazz tot wereldmuziek.
Als een spons zoog ik alles op. Ik zong op de wc, op de fiets, in de gang, in bad, in bed. Overal. Ik vond er niets van, ik deed het gewoon.

Hoog in de bomen kon ik mijn kleine wereld overzien

Ook tekenende ik graag, knutselde erop los en maakte van allerlei materialen een kunstwerk. Die ene keer dat mijn vader zijn triplex platen miste en die keer dat het kippenvoer opvallend geslonken was … dan was ik weer eens in de weer geweest …
Ik bouwde racewagens, bakte ‘kippenvoer pizza’s’ en bracht uren door op de takken van hoge bomen waarin ik mijn kleine wereld kon overzien.

Tijd bestond niet, ik was gewoon.

Ik had geen uitgedachte plannen

In huis bouwde ik hutten, die ik weer opbouwde als ze in elkaar donderden. Ik verbond lichtschakelaars met meters wol van mijn moeder om lichten aan en uit te kunnen doen wanneer dat mij uitkwam. Van de transparante plastic koker waar mijn moeders nieuwe pantys uit waren gekomen maakte ik een lift waarin mijn Fisher-Price poppetjes van de begane naar de eerste verdieping reisden. Ik racete met de matras van de zoldertrap en keek uren naar de sterren.

Ik had geen uitgedachte plannen, ik deed het gewoon.

Vallen en opstaan

Als ik weer eens uit een boom viel, struikelde, op straat neersmakte, iets op mij viel of ik een spijker in mijn voet trapte, schreeuwde ik moord en brand en stopte daar direct mee zodra mijn ouders me lieten zien dat het wel meeviel.

Ik vond er niets van, ik viel en ik stond op, zo was het gewoon.

Ik was zo vol zelfvertrouwen

In huis van boven naar beneden verkoos ik meestal de leuning van de trap en gleed zo de vloer op waar ik een aantal radslagen in de kamer op liet volgen. Ik deed gerust twee verschillende kleuren sokken aan en kwam er pas uren later achter. Of ik ging in de verkleedmodus en kwam niet meer bij van het lachen van mijn eigen bedachte combinaties. Ik leerde piano spelen en maakte fout na fout maar vond er niets van. Het was gewoon zo, dat hoorde erbij.

Ik was zo vol zelfvertrouwen, ik was niet kapot te krijgen. Ik was als een rivier die gewoon stroomde en ik wist niet eens dat ik stroomde!

En toen .. Zoals in de levens van zovelen, reikte het leven ook mij littekens aan om mij te laten zien dat de wereld net zo hard is als de mijne zacht was. Mijn rivier zat opeens vol met takken, het stroomde niet meer en ik werd een jonge vrouw die leefde uit angst met alle daarbij behorende, door op angst gebaseerde, keuzes.

Maar op de een of andere manier heb ik in het leven aan alles getwijfeld, behalve aan de muziek die ik altijd vanuit mijn hart bleef maken!

Ik bleef zingen, en zingen werd een manier van overleven. Als ik zong was ik weer de rivier en kon ik stromen in de storm. Alsof er even helemaal niets anders dan muziek bestond.

Ben de muziek

Nu, kan ik helder zien dat ik dankzij de takken in de rivier, bewust ben geworden. Bewust van het feit dat ik als de rivier ben die stroomt, die alles dat op mijn pad komt overwint. Linksom of rechtsom.

Nu is zingen geen overleven meer, maar een levensstijl. Als ik zing dan laat ik komen wat er komt, zonder oordeel. Net zoals ik deed toen ik klein was.

Zo nu en dan vergeet ik weer wie ik ben en lijken de takken weer een reële bedreiging. Dan trek ik me terug en maak muziek om mijzelf eraan te herinneren wie ik ben. Dan stroom ik tussen de takken door en volg mijn weg.

Music from the Well

Muziek maken met Will Sophie is voor mij een en al herkenning. Als wij muziek maken zijn we net twee kinderen in een volwassen lijf die elkaar aanvullen, uitdagen en die vooral veel lol maken. Als wij improviseren is er honderd procent vertrouwen in onszelf en in elkaar en dus in de muziek. Dan zijn wij één met alles. Dan zijn wij geen vrouw, geen man, geen leeftijd, geen naam, geen gezicht, geen functie, geen verhaal, geen verleden. Dan bestaat er geen tijd.

Leave a Reply